Eerste hulp bij breuken
Gelukkig geen gebroken been of een breuk in je sleutelbeen. Hier krijg je eerste hulp bij het oefenen van breuken.
Wat is een breuk?
Een breuk is een een deel van een geheel getal.
Voorbeeld
Stel dat je 3 pizza’s wilt verdelen over 7 kinderen. Dan heb je 3/7 pizza’s per kind.
Het is eigenlijk een deling, die niet is uitgewerkt.
Een breuk bestaat uit een teller en noemer. De teller van een breuk is het bovenste getal van een breuk, deze telt het aantal delen. De noemer van een breuk is het onderste getal van een breuk. De noemer benoemt hoeveel delen nodig zijn om tot 1 geheel te komen.
Tussen de teller en noemer staat een streep, de breukstreep.
Teller
Het bovenste getal van een breuk. De teller telt het aantal delen.
Noemer
Het onderste getal van een breuk. De noemer benoemt hoeveel delen nodig zijn om 1 geheel te bekomen.
Breuken vereenvoudigen
Bij breuken vereenvoudigen deel je de teller en noemer door hetzelfde getal. Hierdoor worden de teller en noemer kleiner en dus eenvoudiger.
Hoe moet je breuken vereenvoudigen?
De eenvoudigste uitleg is om de grootste gemene deler tussen de teller en de noemer te zoeken.
Strategie: zoek de grootste gemene deler
Grootste gemene deler [GGD]
De grootste gemene deler van een breuk is het grootste gehele getal waardoor de teller en noemer gedeeld kunnen worden, zonder dat er een rest ontstaat.
Voorbeeld
We gaan de breuk 3/6 vereenvoudigen.
Stap 1: delers van de teller
Lijst al de delers van de teller op.
3 kan je delen door 3 en 1.
Stap 2: delers van de noemer
Lijst al de delers van de noemer op.
6 kan je delen door 3, 2 en 1.
Stap 3: zoek de grootste gemene deler
Wat is de grootste gemene deler tussen de teller en de noemer? Welk getallen komen terug in zowel de lijst van de teller, als in de lijst van de noemer?
3 is de grootste gemene deler tussen 6 en 3.
Stap 4: delen door de grootste gemene deler
Deel zowel de teller als noemer door de grootste gemene deler. Voilà je hebt de breuk vereenvoudig.
[MINI BLOG] >>> Hoe bereken je de grootste gemene deler
Breuken vereenvoudigen oefenen
Oefenen is de sleutel tot succes. Hieronder vind je enkele breuken die nog vereenvoudigd moeten worden. Neem een blad papier en vereenvoudigen maar.
Breuken gelijknamig maken
Bij breuken gelijknamig maken, maak je de noemers van de breuk gelijk. zonder de waarde van de breuk te veranderen.
TIP: Herhaal de maaltafels
Hoe moet je breuken gelijknamig maken?
Gelijknamige breuken helpen bij het optellen en aftrekken van breuken. In volgend stappenplan leer je in enkele stappen breuken gelijknamig maken. Het stappenplan wordt toegepast op onderstaand voorbeeld.
Stap 1 - A
Vermenigvuldig de teller van de eerste term met de noemer van de tweede term.
Stap 1 - B
Vermenigvuldig de teller van de tweede term met de noemer van de eerste term.
Stap 2
Vermenigvuldig de noemers met elkaar en je hebt gelijknamige breuken.
Zoals je ziet, zijn de maaltafels erg belangrijk. Voor je begint met het rekenen met breuken, kan je deze best nog eens herhalen. https://wijsr.com/tafels-oefenen/
Breuken optellen
Stap 1: breuken gelijknamig maken
Als je breuken wilt optellen, moet je eerst goed kijken met welke soort breuk je te maken hebt. Heb je ongelijknamige breuken of toch gelijknamige?
Als je ziet dat de noemers niet gelijk zijn [ongelijknamige breuken], moet je deze eerst gelijknamig maken. Weet je niet meer precies hoe dat moet? Volg dan dit stappenplan
Zijn de noemers gelijk?
Ja: ga naar stap 2.
Nee: maak de noemers gelijknamig.
Stap 2: tel de tellers en gehele getallen op.
De cijfers boven de breukstreep tel je met elkaar op, de noemers blijven hetzelfde.
Als we gemengde breuken hebben, tel je de gehele getallen met elkaar op.
Stap 3: vereenvoudig de breuk
Indien de breuk vereenvoudigd kan worden.
Gemengde breuk
Een getal dat bestaat uit een geheel getal en een breuk.
Breuken aftrekken
Breuken vermenigvuldigen
Breuken delen
Breuken naar procenten
Een procent is eigenlijk een breuk waarbij de noemer gelijk is aan 100.
Wil je weten hoeveel procent 3/5 is?
Zoek dan met wel getal je 5 [de noemer] moet vermenigvuldigen om 100 te bekomen. Je doet dus 100 : 5 = 20. Vervolgens doe je 3 [de teller] maal 20 = 60.
3/5 = 60/100
is 60%.
Strategie: pas de breuk aan zodat de noemer 100 is
Andere begrippenlijst
Onechte breuk
Als de teller groter is dan de noemen, dan spreken we van een onechte breuk.
Gelijknamige breuk
Als twee breuken dezelfde noemer hebben.